Waarom een Gessner Centrum?


Niemand is een profeet in zijn eigen land!

Ὁ δὲ Ἰησοῦς εἶπεν αὐτοῖς, Οὐκ ἔστιν προφήτης ἄτιμος εἰ μὴ ἐν τῇ πατρίδι καὶ ἐν τῇ οἰκίᾳ αὐτοῦ.

Iesus autem dixit eis: Non est propheta sine honore nisi in patria sua et in domo sua.

En Jezus sprak: Geen profeet is in zijn eigen land geëerd.

Matth. 13, 57

Spreekwoorden, ook die aan de Bijbel ontleend zijn, lijken wel wat op de hedendaagse sms-jes, maar ze hebben de bijzonderheid dat ze eeuwen van menselijke kennis inhouden. Deze uitspraak van Jezus – die door zijn sterven in zijn vaderland de waarheid van deze kernspreuk aantoonde, is ook perfect van toepassing op Gessner. In Zurich, de geboortestad van Conrad Gessner is een Gessnerallee – een straat vernoemd naar ene Gessner, maar na een speurtocht – succesvol uitgevoerd door Francesca Marchisio – kwamen we bij de oplossing van dit mysterie, die ons behoorlijk met verbazing vervulde.

De Gessnerallee in Zurich is namelijk NIET vernoemd naar Conrad, maar naar de schilder Salomon Gessner. Het feit is dat men daar nooit een straat naar hem genoemd heeft – laat staan een museum! – noch Franken gespendeerd heeft om hem bijvoorbeeld te eren met standbeeld of gedenksteen, zoals blijkt uit onderstaand bericht:

"Heute 29. Maj 2006 habe ich an die Zürich Polizei (0041-44-4117117) angerufen um Information über Gessnerallee zu haben; die Polizistin hat mir gesagt daß diese Straße ist an Salomon Gessner gewidmet der war ein Maler, und in aller Stadt Zürich gibt es keine Straße oder Monument oder Museum an unserer Arzt Conrad Gessner gewidmet."

Totaal het tegenovergestelde gebeurde in Bologna voor Ulisse Aldrovandi: zelfs een plein werd naar hem vernoemd. Volgens mij is echter ook in dit geval het spreekwoord naadloos van toepassing, als we de moed hebben om kritisch te kijken. Al deed Aldrovandi zich voor als een profeet, hij was dat zeker niet.

Conrad Gessner echter was - naar onze mening – een serieus persoon vanuit wetenschappelijk oogpunt. En voor wie dit niet genoeg is: het is zeer moeilijk om een fout tegen te komen in de omvangrijke hoeveelheid citaten in zijn natuurwetenschappelijke verhandelingen.

Bij Aldrovandi gebeurt precies het tegenovergestelde.

Gezien het feit dat de geschriften van Gessner een precieze informatiebron zijn, waaruit hedendaagse wetenschappers misschien onverwachts willen putten, hebben we besloten om dit Gessner Centrum op te richten, zodat al zijn geroemde aantekeningen gemakkelijk toegankelijk zijn.

Toen Elio Corti de complete tekst van deel 2 van Ulisse Aldrovandi’s Ornithologie vertaald had in het Italiaans, besloot hij om ook dit gedeelte van Gessner te vertalen, wat hevig ‘geplunderd’ was door Aldrovandi (tegenwoordig zouden we dat ‘downloaden’ noemen) en aldoende realiseerde hij zich dat verschillende passages van Aldrovandi nu eindelijk pas goed te begrijpen en te vertalen waren. Ofwel, zo was hier opnieuw een motto wat vaak vergeten wordt omdat het niet helemaal duidelijk is, van toepassing: Si vis intelligere Caietanum, lege Thomam - Als u Caietanus wilt begrijpen, moet u Thomas lezen.

Een kleine uitleg bij deze opmerking: De heilige Thomas van Aquino (1225-1274) schreef de beroemde Summa theologica (1266) en Caietanus – alias Thomas De Vio uit Gaeta (1480-1547) – deed er 15 jaar over om dit boek te bewerken, met de bedoeling om het meer begrijpelijk te maken. Maar volgens experts was het resultaat verschrikkelijk: om de tekst van Caietanus te begrijpen, kon men beter direct het boek van St. Thomas lezen.

Roberto Ricciardi heeft de taak op zich genomen om mijn vertaling met veel geduld na te kijken. En ik, een eigenwijs persoon en dikwijls overtuigd van mijn eigen gelijk, durfde hem niet te vragen om ook het boek van Gessner na te kijken; dat zou te veel van het goede zijn. In feite is nadat Aldrovandi gecorrigeerd is, meteen het boek van Gessner verbeterd.

De Latijnse hoofdstukken over Pluimvee van beide Renaissance schrijvers zijn uitgetypt door Fernando Civardi, die, nadat hij gezien had met welk een secuurheid Gessner zijn gegevens had genoteerd, besloten heeft om het gehele werk Ornithologie uit te typen; dit zal stukje voor stukje gepubliceerd worden op deze website.

Misschien denkt u nu: Wat denkt Corti wel niet, dat hij zomaar Latijs en Grieks, en ook Hebreeuwse teksten gaat vertalen? Wil hij zijn jeugd over doen door opnieuw te duiken in de leerstof uit zijn universiteitsjaren?

De zaken liggen echter geheel anders.

Om zijn verhandeling over Kippen Genetica te kunnen schrijven, moest Elio Corti een enorme hoeveelheid boeken verzamelen. In de benodigde literatuurlijsten had iemand het idee gehad om van Aldrovandi’s hoofdstukken over Pluimvee ook de Engelse vertaling te noemen die in 1963 geproduceerd was door Dr. Levi Robert Lind.

Hij was juist op tijd om een van de laatste exemplaren van dat boek te kopen. Toen hij de vertaling van Lind nagekeken had op historische feiten, zei Corti:

Genetica is geschiedenis die dagelijks geschreven wordt door elk levend wezen.
Maar deze geschiedenis is vroeger geschreven door de Genen.

Plotseling werd duidelijk dat ofwel Aldrovandi een gek was – en dat is deels ook wel een beetje zo – of dat Lind het werk van Ulisse Aldrovandi zeer slecht vertaald had.

Toen kreeg Corti een originele tekst van Aldrovandi uit 1600 toegezonden van Padua Gabriele Baldan, en het vergelijken kon beginnen. De vertaling van Lind leek een klassiek kunststuk te zijn, maar het werd tijd om de goede naam van Italië te herstellen door aan te tonen dat Lind, al was hij dan de voorzitter van de Universiteit van Kansas, met zijn slechte vertaling de Italiaanse cultuur gereduceerd had tot louter rotzooi.

Toen zijn uitgebreide verhandeling over Kippen Genetica klaar was, besloot Corti om Aldrovandi in het Engels te vertalen zonder de originele tekst weg te laten, zodat men kon vergelijken – iets wat Lind nooit zou verzinnen. Toch zou het mogelijk geweest zijn om door het lettertype met de helft te verkleinen, ook de originele tekst van Ulisse Aldrovandi in zijn boek op te nemen.  Door dit niet te doen, probeerde Lind te ontsnappen aan vergelijkingen en aan voorziene en onvoorziene kritiek.

Maar goed dat Lind niet op het idee gekomen is om ook Gessner te vertalen. Als hij dat gedaan zou hebben, had hij de Zwitsers er vast mee beschaamd.

Al met al had Gessner dubbel geluk, of dubbel pech, want niet alleen Zurich, maar ook de Verenigde Staten zijn hem vergeten.

We hopen nu van harte dat er mensen zijn die behoefte voelen om Gessner eer te bewijzen en de taak op zich willen nemen om een transcriptie te maken van andere verhandelingen van Gessner en deze eventueel ook te vertalen.

De wetenschap zal er zeker zijn voordeel mee doen.

Er is een update nodig aangaande bovenstaande bewering, dat Zurich Gessner heeft vergeten. De politie van Zurich – die we blind geloofden - heeft ons verkeerd voorgelicht. Deze update is van 22 april 2009, 3 jaar nadat ik mijn kritiek spuide op de geboortestad van Conrad Gessner, en is een verdienste van Elly Vogelaar; een vasthoudende en precieze onderzoekster, die via internet enkele feiten vond die mij met mijn rug tegen de muur zetten. Althans, een beetje, want de Zwitsers zijn toch niet zo ver gegaan in hun verering dan de inwoners van Bologna voor Aldrovandi. Dit is hoe de Zwitsers hun gezicht gered hebben: in 1978 werd er een bankbiljet uitgegeven met een portret van Gessner, en in 1997 werd de heuvel, waarop de Oude Botanische Tuin van Zurich ligt, toegewijd aan Gessner en kreeg de naam Gessner Garten.

Gerechtigheid dank zij Elly, al is het niet veel.

 Vertaald door Elly Vogelaar

Alter Botanischer Garten «zur Katz»